Test Lexus UX200

Test Lexus UX200

10 januari 2022 Uit Door Arnold

Geen touchscreen, wel haptische feedback

Wie regelmatig Lexus-tests leest of bekijkt, weet dat de infotainmentbediening een onvermijdelijk gespreksonderwerp is. Veel autofabrikanten hebben de touchscreen-bediening van tablets en smartphones overgenomen, en dat is enige tijd de standaard geweest. Steeds meer fabrikanten komen op hun schreden terug en kiezen weer voor fysieke knoppen voor de bediening van elementaire zaken. Lexus heeft indertijd wijselijk gekozen voor een bedieningsmethode waarbij het scherm niet met aanraking bediend kan worden, de verkeersveiligheid was daarvoor de belangrijkste motivatie. Mazda is dezelfde mening toegedaan en heeft het beeldscherm zelfs buiten aanraakbereik gezet. De touchpadbediening die Lexus ontwikkelde heeft haptische feedback en een absolute inputrelatie: de uiterste hoeken van het touchpad komen overeen met de uiterste hoeken van het beeldscherm. Dat is wezenlijk anders dan bij de bediening die sommige laptops hebben, en het is tevens de reden voor de klaagzang voor sommige van mijn collega’s. Enige nuance is wel op zijn plek: als dit je daily driver is, ben je er snel aan gewend. Het systeem is goed doordacht, je kunt de hoofdfuncties rechtstreeks oproepen met de Home en Menu knoppen en door de voelbare klikken kun je het systeem op de tast bedienen. Vergelijk je het met de controller die Mazda gebruikt, dan merk je wel dat het Mazda-systeem logischer ingedeeld is en ook intuïtiever te bedienen is. Maar hoe je het ook bekijkt: het ontbreken van een touchscreen is geen gemis, en alles went.

De test van de UX200 volgde direct op die van de CX-30, en het moet gezegd: Mazda heeft de lat hoog gelegd wat betreft de bouwkwaliteit van het interieur en ergonomie. Als je het interieur als graadmeter neemt om te bepalen welke het meest hoogwaardig is, dan is het stuivertje wisselen. De balans slaat uit in het voordeel van de UX, omdat die op cruciale punten beter afgewerkt is en op onzichtbare plekken (in de voetenruimte, tussen stoelen en de middenconsole) slijtvastere materialen heeft. Daar heeft Lexus zichtbaar meer ervaring mee, en dat zul je zien na 10 jaar / 250.000 kilometer. De Lexus zal dan veel minder slijtage vertonen dan de Mazda, de vraag is echter of je dat voordeel bij de nieuwaanschaf wilt betalen. Ben je van plan lang met de auto te doen (5 jaar of langer) en je stelt een slijtvast interieur op prijs, dan is de Lexus de beste keuze.

Tweepersoonshuishouden of de tweede auto?

Het is duidelijk welk koperspubliek Lexus voor ogen heeft voor de UX: mensen die op zoek zijn naar een hoogwaardige auto en die niet per sé de grootste auto willen. Qua bouwkwaliteit en luxebeleving slaagt de UX daar ruimschoots in, en hij is behoorlijk behendig. Als je regelmatig passagiers op de achterbank vervoert, dan stelt de UX je niet teleur: de ruimte achterin is goed en de achterbank zit prettig. Maar op een wagenlengte van nog geen 4,5 meter is het kiezen of delen wat de ruimte achterin betreft: wil je leefruimte voor passagiers of wil je laadvolume? Lexus heeft hier de gulden middenweg gezocht,  waarbij je een goede zit op de achterbank hebt en voldoende ruimte in de kofferbak voor de wekelijkse boodschappen. Klap je de achterste rugleuning neer, dan vergroot je het laadvolume van 320 naar 1.231 liter.

De Lexus UX200 overtuigt als kwaliteitsproduct en verrast door zijn verbruik en rijeigenschappen. Zijn grootste concurrent komt echter niet uit Duitsland of Hiroshima, maar uit eigen huis: de UX250h. Die kost € 1.900 meer en biedt een nog lager verbruik en meer uitrusting. De UX200 is het beste in zijn rol als tweede Lexus in het gezin, de UX250h is de betere keuze als het de primaire auto is. En hoewel het prijsverschil relatief gering is, door het keurige verbruik van ruim 1 op 17 kun je daarmee toch meer dan 16.000 kilometer rijden, zelfs met de huidige brandstofprijzen. De keuze is aan u, geachte lezer!

 

 

 

 

Pagina's: 1 2 3