Rijtest Mazda MX-30: een Markante Mazda
27 december 2020Kurk in het interieur: een praktische vondst
Het interieur van de MX-30 is op en top Mazda. De toepassing van kurk in de bergvakken, deurgrepen en bekerhouders is een verwijzing naar de origine van Mazda, als kurkfabrikant. Wat mij betreft is het een blijvertje, het is een prettig en praktisch materiaal: geen vingerafdrukken, slip- en slijtvast en het heeft een warme uitstraling. À propos vingerafdrukken: Mazda gebruikt geen hoogglans afwerking (‘pianolak’) op enig oppervlak. Zelfs het aanraakscherm voor de climate control blijkt bestand tegen vette vingers. De keuze voor een touchscreen is opmerkelijk, omdat Mazda zweert bij fysieke toetsen en niet-afleidende bediening. Naast het touchscreen zitten extra fysieke knoppen voor de temperatuurinstelling en de ventilatorstand. Je hebt het touchscreen alleen nodig om de uitstroomopening te kiezen (ontwaseming, centrale roosters, voetroosters).
Duidelijk en overzichtelijk
Twee punten waar ik erg over te spreken ben zijn het instrumentencluster en de keuzehendel van de transmissie. Die hendel is shift by wire, maar hij blijft in de geselecteerde stand staan. Hij veert dus niet terug naar een middenstand, en werkt veel logischer doordat hij de stand vasthoudt. Je kunt met je hand voelen in welke ‘versnelling’ de auto staat. Dan het instrumentarium: Mazda gebruikt TFT displays met een enorm hoog oplossend vermogen. Het voordeel is dat zwart ook echt zwart is, en dat de weergave niet van de fysieke meters te onderscheiden is. Mazda heeft er wijselijk voor gekozen om de layout rustig en overzichtelijk te houden, geen grafische gekkigheden, maar gewoon een snelheidsmeter met kraakheldere schaalverdeling. Waarschuwingen worden alleen getoond wanneer dat echt nodig is, en als je wilt kun je de analoge meter vervangen door een digitale weergave.
Te sportief om zuinig te zijn?
Mazda heeft een lange traditie van gewichtsbesparing, en de MX-30 breekt daarmee. Hij weegt 1.620 kilo, een hoge eigen massa is nu eenmaal het lot van een elektrische auto. Maar de MX-30 zou geen echte Mazda zijn als hij dat gewicht lijkt af te schudden zodra je gaat rijden. Want ook de MX-30 rijdt als een echte Mazda: klik de pook in ‘D’ geef een beetje gas, neem een bocht, en binnen 1 minuut heb je de MX-30 helemaal onder de knie. De auto vergt geen gewenning en het rijden gaat alsof je al jaren in deze auto rijdt. Een bijzonder sterk punt is de besturing, de MX-30 voelt net zo lichtvoetig als een Mazda 2. Je kunt de MX-30 heel mooi plaatsen in een bocht en bovendien staat het onderstel hele hoge bochtsnelheden toe. Uiteraard geholpen door het lage zwaartepunt. Eigenlijk zijn de rijeigenschappen enigszins tegenstrijdig met het groene karakter van een elektrische auto: in plaats van voor de bocht op de elektromotor af te remmen en energie te recupereren, kun je met de MX-30 met gezwinde spoed een bocht aanrijden en op de apex vol gas geven. Hij rijdt te lekker en te leuk om zuinig te rijden.
Elektrisch op economische of ecologische grond?
Het design, het interieur, de aandrijflijn: in alle opzichten is dit een echte Mazda. Geldt dat ook voor de aandrijflijn? Ja. En dat wordt duidelijk als je de filosofie achter de accugrootte en het motorvermogen. Net als Honda doet bij de Honda-e volgt Mazda de logica dat je een elektrische auto rijdt om ecologische motieven. Omdat het produceren van accu’s met de huidige stand van de techniek een relatief grote aanslag doet op natuurlijke bronnen, uitstoot produceert en uiteindelijk ook weer gerecycled moet worden, moet een accu niet groter zijn dan strikt noodzakelijk. Daarbij komt ook dat het hoge eigengewicht van accu’s de actieradius sterk drukt (en het verbruik opdrijft). Tel daarbij op dat een actieradius van 200 kilometer toereikend is voor de gemiddelde dagrit, en zie daar de door Honda en Mazda beredeneerde ideale accugrootte: 35 kilowatt.