In de zomer van 2008 is Roel de Ruijter onderweg om een nieuwe hobby-auto op te halen. Hij heeft dan al een groot aantal Japanse klassiekers in bezit gehad, en de nieuwe aanwinst valt ook onder die categorie. Hoewel er een veelvoud aan merken en types van Japanse makelij op de oprit heeft gestaan, staat het merk en model van het nieuwe project vooraf al vast: een Toyota Crown, deze keer het type MS112. Enkele jaren terug heeft Roel besloten om zijn hobby toe te spitsen op de opper-Toyota, in al zijn verschijningsvormen. De nieuwe aanwinst staat echter helemaal achter in een loods, en laat zich niet zonder hindernissen naar buiten rijden. Er staat een half gedemonteerde auto in de weg die eerst naar buiten gereden moet worden. Terwijl Roel dat doet springt er een vonkje over met verstrekkende gevolgen…

Begonnen als bijvangst

De sta-in-de-weg die naar buiten gereden moet worden blijkt een geval apart. Het half gedemonteerde vehikel is een Toyota Crown MS 68, een custom wagon nog wel. De auto hoeft maar een klein stukje verreden (lees: geduwd) te worden, maar dat geeft Roel voldoende bedenktijd om te besluiten dat de MS 68 mee naar Eindhoven gaat. En aldus geschiedde, nadat bleek dat de verkoper geen tijd voor restauratie had en de Crown wel wilde verkopen. In augustus 2008 toog Roel samen met broer Marco, Roel’s vrouw Franca en haar vader Bart naar de opslag waar de MS 68 stond en vervoerden het oude beestje per autoambulance naar Eindhoven. Daarna volgden nog drie ritten – per Crown MS 112 – om alle losse onderdelen op te halen. Daarna kon het inventariseren beginnen, hoe compleet is de auto, in welke staat verkeert het geheel, en hoe pakken we het aan? Een ding stond buiten kijf: dit zou geen gemakkelijke restauratie worden.

De restauratie van een Japanse klassieker is geen eenvoudige opgave vanwege het simpele feit dat onderdelen zeer lastig te vinden zijn. Laat staan dat de onderdelen enigszins betaalbaar zijn. Bij de inventarisatie van de onderdelen bleek helaas het nodige te missen, zoals de kachel en de achterste zijruiten. En laat die laatste nou onvindbaar zijn… Enkele onderdelen die nog wel bruikbaar waren werden toch afgedankt, omdat het technische en esthetische aspect zwaar wegen bij Roel. Het chassis en de carrosserie verkeerden in behoorlijke staat, er waren in elk geval geen gebreken die een handige hobbyist zoals Roel niet kan verhelpen. Vol goede moed werd er aan de restauratie begonnen.

Modelgeschiedenis Toyota Crown

De Toyota Crown heeft een bijzondere positie in de autohistorie. In Nederland is het model amper bekend, de Crown was het topmodel van Toyota en kon qua verkoopaantallen niet tegen de Duitse luxemerken opboksen. Het is het langslopende Toyota-model, de Crown staat al sinds 1955 in de Toyota-catalogus. In Nederland verdween het model uit de prijslijsten toen zijn spirituele opvolger verscheen; de Lexus LS 400. De Crown MS 68 stamt uit de S 60 – S 70 modelserie, oftewel de vierde generatie Toyota Crown. Deze generatie werd geïntroduceerd in 1971 en werd in 1974 alweer opgevolgd door de S 80 – S 100. De S 60 serie was leverbaar als sedan, coupé en custom wagon. De MS 68 werd in ’73 geïntroduceerd en had de machtige 4M 2.6 liter zes-in-lijn onder de motorkap. In Roel’s MS 68 is deze gekoppeld aan een drietraps automaat met stuurkolombediening. Deze Crown is overigens niet de enige in huize De Ruijter, hij deelt de garage met een MS 112 uit ’83 en een beeldschone MS123 uit ’85.

De donoren

Nadat de restauratie een paar maanden onderweg was, werd een donorauto op de kop getikt bij de verkoper van de MS 68. Met deze aanschaf was Roel ruimschoots voorzien van onderdelen, plaatwerk én een werkende kachel. Toch kleefde er een ‘maar…’ aan deze aanschaf, namelijk het feit dat het een RS 60 sedan was en deze de noodzakelijke achterste zijruiten niet heeft. Via- via kwamen De Ruijters een slooprijpe MS 67 custom wagon op het spoor in België, en ook deze werd per autoambulance naar het Brabantse land vervoerd. Hiermee waren ook de langgezochte achterste zijruiten in bezit, er moest weliswaar een complete auto voor aangeschaft worden, maar dan heb je ook wat.

Nadat de MS 68 (het restauratieproject) gestript was, werd duidelijk in welke staat de carrosserie verkeerde. Al met al viel het nog mee, al zaten er genoeg rotte plekken in, maar geen zaken waarvoor een professionele plaatwerker voor ingeschakeld hoefde te worden. Zonder geluk vaart niemand wel, dat geldt in het bijzonder voor mensen die zich aan de restauratie van een Japanse klassieker wagen. Zo kwam Roel een paar splinternieuwe voorspatborden tegen op internet, een voormalig taxibedrijf in Arnhem had deze ooit aangeschaft in de tijd dat ze met Crown’s reden. De prijs was lachwekkend laag. Zelden heeft iemand de afstand Eindhoven – Arnhem zo snel gereden…

Zorgvuldig strak maken

De donorauto’s doneerden met name plaatwerk aan Roel’s MS 68, en Roel schuwde het moeilijke werk niet. De dakrand van de donor-RS 60 werd overgezet, de wielkastranden en de brandstof-vulleiding achter werden vervangen, en de kokers onder de bodemplaat werden vernieuwd. Na een aantal maanden was de MS 68 klaar voor de spuiter, maar het bleek niet eenvoudig om een geschikte spuiter / autoschadehersteller te vinden. Er waren zelfs autospuiters bij die het project ‘te groot’ vonden. Uiteindelijk werd Polyester Paint Service in Eindhoven bereid gevonden om de auto te spuiten. Daar werd ook ontdekt dat het dak vol kleine putjes zat, waarschijnlijk een gevolg van het feit dat er jarenlang spullen in kratten en kistjes op het dak gestapeld waren. Aangezien het dak tamelijk groot is, betekende dit een flinke klus voor de strakmakers in de spuiterij.

Na rijp beraad hadden Roel en zijn vrouw Franca de nieuwe kleur voor de MS 68 ook uitgezocht, het zou een lichtgele kleur worden. Geen crème, geen beige, maar zeer lichtgeel. Omdat de auto geheel gedemonteerd was werd er voor een uni-kleur gekozen. De verschillende onderdelen hoeven dan niet in één run gespoten te worden, zoals bij een metallic kleur. Bij het spuiten werden ook de kleine delen niet vergeten, zo zijn ook de motorkapveren en scharnieren gespoten.