Rijtest Kia Picanto

Rijtest Kia Picanto

19 maart 2025 Uit Door Arnold

De Kia Picanto is sinds de introductie in 2004 een enorm verkoopsucces. In Europa wist Kia ruim één en een kwart miljoen Picanto’s te verkopen, en dat is te zien in het straatbeeld. In bijna elke straat kom je wel een Picanto tegen. In Nederland zijn kleine auto’s om verschillende redenen altijd al populair geweest, maar daarmee is het succes van de Picanto niet direct te verklaren. In het marktsegment waren altijd veel merken actief, en de Kia heeft hard moeten werken voor het succes. En nu veel merken het A-segment hebben verlaten, is Kia niet op haar lauweren gaan rusten. De Picanto kreeg kortgeleden een stevige opfrisbeurt waarmee het model weer even vooruit kan. Hoog tijd voor een hernieuwde kennismaking.

 

Voor degenen die niet bekend zijn stand van zaken in het A-segment: veel automerken zijn gestopt met het produceren van kleine stadsauto’s omdat de marges op die auto’s vrij klein zijn. Met name de Europese merken hebben ingezet op grotere modellen met grotere marges, ondanks het feit dat die modellen in minder grote aantallen verkocht worden. Samen met de Hyundai i10 en Toyota AygoX is de Kia Picanto de enige constante Aziatische factor in het A-segment gebleven. En dat is een verstandige keuze gebleken, gezien de gezonde verkoopaantallen. Desondanks moet er bij de ontwikkelingsafdelingen wel doorgewerkt worden, want de Picanto is in zijn huidige vorm al bijna acht jaar op de markt. Nieuwe veiligheids- en emissie-eisen vroegen om een opfrisbeurt en ook het design kreeg een fikse herziening, wellicht de meest grondige facelift in de merkgeschiedenis van Kia.

Kia EV-snoet

Kia zet stevig in op elektrificatie van het aanbod en de Kia EV-serie heeft een heel eigen en onderscheidende vormtaal gekregen. Dat het EV-design aanspreekt blijkt wel uit de verkopen van de EV6, EV9 en EV3. Hoewel de 9 en 3 nog niet zo lang op de markt zijn, zie je ze al in flinke aantallen op de Nederlandse weg. Met de facelift van de Picanto is het ontwerp van het front, en dan met name de koplampen, stevig herzien zodat de kleinste Kia mooi in de pas loopt met zijn EV-familieleden. De verticale koplampen en dagrijlichten zijn onmiskenbaar Kia nieuwe stijl. En het mooie is: al vanaf het tweede uitrustingsniveau zijn de led-koplampen standaard. Alleen de instapversie krijgt halogeen koplampen, maar dan wel met automatisch grootlicht. De testauto is het topmodel, de GT-Line. Deze uitvoering krijgt in aanvulling op de led-koplampen ook een verlichte strip in de grille. De achterzijde van de Picanto is ook opnieuw getekend, zij het minder ingrijpend dan het front. Maar ook hier past Kia het nieuwe lichtontwerp toe, met een lichtlijn tussen de achterlichten. Het staat de Picanto goed, net als de velgen op de testauto die ook geïnspireerd zijn op het EV-ontwerp. Al met al staat er een indrukwekkend autootje, in de testweek kreeg de Picanto louter positieve kritieken.

Volledig digitaal

In het interieur werd de techniek herzien, het meest zichtbare onderdeel van de update is het digitale instrumentarium, dat we ook terugzien in de Hyundai i10 en Casper (hier niet leverbaar). Het nieuwe instrumentarium heeft een digitale snelheidsmeter en toerenteller, met daar tussenin een multifunctioneel TFT-beeldscherm dat een vrij uitgebreide boord- en tripcomputer heeft. Voor het overige bleef het dashboard grotendeels gelijk ten opzichte van de originele lay-out. Een fraai touchscreen voor het infotainmentsysteem, fysieke knoppen voor de verwarming en net voor de versnellingspook zitten de knoppen voor de stoel- en stuurverwarming en het start- / stopsysteem. In de brochure wordt ook gesproken over een draadloze oplader, maar die heb ik niet kunnen vinden. Hoe het ook zij, de ergonomie en functionaliteit van het dashboard en interieur is dik in orde. Een noemenswaardig punt van de Picanto is de kwaliteit van de stoelen, hoewel de auto in het kleinste segment opereert, heeft hij behoorlijk grote en goede stoelen. Het is geen straf om dag na dag lange ritten te maken in de Picanto. De diepte van de zitting en de lengte van de rugleuning is gewoon goed. In de GT-Line worden de stoelen bekleed met synthetisch leer, dit biedt een iets minder stevige zit dan de stoffen bekleding, dat biedt meer weerstand tegen glijden over de zitting.

Minder emissies, minder power

Ook in technisch opzicht werd de Picanto tegen het licht gehouden: de motor voldoet nu aan de Euro 6e emissienorm. Dat kon gehaald worden door de motorsoftware te herschrijven, er zijn dus geen mechanische wijzigingen aan het motorblok uitgevoerd. Lagere emissies betekent ook een lager verbruik, maar ook een lager vermogen. Dat daalde van 67 naar 63 pk en de vraag is in hoeverre dat de prestaties beïnvloedt. Moet de motor nu harder werken waardoor het verbruik toch iets stijgt? Die vraag stond centraal in de rijtest en het antwoord is verrassend. Om een persoonlijke noot toe te voegen: mijn eigen dagelijkse auto is een Hyundai i10 uit 2016, deze heeft een identieke aandrijflijn. Dat biedt een goede basis voor een vergelijk tussen prestaties en verbruik.

Erg stille aandrijflijn

Al vanaf de eerste meters is duidelijk waar het verschil zit: de afstelling van de koppeling is veel prettiger in de Picanto waardoor het wegrijden probleemloos gaat. De herziene 1.0 MPi van de Picanto heeft wat minder koppel bij lagere toerentallen, maar dankzij de fijne koppeling is stop-and-go verkeer geen enkel probleem. Bij het accelereren merk je dat de powerband van de Picanto veranderd is na de update. Tijdens het optrekken moet je het toerental tussen de 2.500 en 3.800 toeren houden, na 4.000 toeren valt het vermogen weg. Bij de vorige versie was de motor gretig tot 4.500 toeren. Met deze motor is de Picanto allesbehalve pittig, maar daar staat tegenover dat de trillingen en het motorgeluid ook beter gedempt zijn. Eenmaal op snelheid is de kleine eenliter erg stil en heeft hij ook geen enkele moeite om het tempo vast te houden. Het is een fijne auto om snelwegkilometers mee te maken, ook vanwege de prima stoelen, het onderstel en de geluidsisolatie.
Je moet wel rekening mee houden dat je tijdig terugschakelt, onder de 1.500 toeren krijgt het motortje het lastig. En het is juist de prima geluidsisolatie waardoor ik vaak laat opmerkte dat de motor in ondertoeren raakte. De digitale toerenteller is daarin ook een factor: hij is lastiger af te lezen dan een analoge meter omdat je die goed vanuit je ooghoeken kunt aflezen. In mijn i10 zie en hoor je duidelijker dat de motor de 1.500 toeren nadert en schakel je sneller terug.

Pagina's: 1 2