Rijtest Infiniti Q60 2.0t – Streelt de zintuigen
19 april 2017De ware autoliefhebber kijkt altijd even achterom nadat hij / zij de auto geparkeerd heeft. Er zijn ook autoliefhebbers die in hun vrije uurtjes op een tuinstoeltje in hun garage gaan zitten om naar hun auto te kijken. En er zijn mensen die ruimte in hun woonkamer inruimen om de auto daar te parkeren, zodat ze vanaf de bank naar hun trotse bezit kunnen kijken. De Infiniti Q60 is zo’n auto die je het liefst in je woonkamer parkeert om er altijd naar te kunnen kijken. Het is een van de mooiste Japanse coupés ooit gebouwd die er niet alleen heel goed uitziet, maar ook heel fijn rijdt. Beauty is gelukkig niet alleen skin deep bij de Q60.
Toen Infiniti de eerste foto’s van het studiemodel vrijgaf, waren de lovende reacties niet van de lucht. De kenmerkende concave C-stijl dat we al van de Q50 kenden, kwam op de conceptcar prachtig uit de verf. Een designelement dat de Q60 meteen als Infiniti herkenbaar maakt, als de vele geprononceerde curven dat al niet doen. Met name de achterzijde van de conceptcar met het ducktail spoilertje en de fraaie achterlichten konden op applaus rekenen. En toen zagen we de definitieve versie van de Q60: designtechnisch grotendeels gelijk gebleven aan de conceptcar. Alleen de haaienvin-luchtuitlaat ter hoogte van de voorwielen is vervangen door een faux-ventilatieopening. Voor het overige lijkt de Q60 op de Q50, maar vergis je niet: het front van de Q60 is geheel anders, en niet alleen op detailniveau. De koplampen zijn kleiner, de grille is breder en er zit een klein ‘neusje’ centraal bovenop de grille. Maar kijk ook eens naar de spiegels, bij de Q50 zijn die op het vleugeltje voor het portierraam bevestigd, bij de Q60 staan ze op een pootje op het plaatwerk. Dit om aerodynamische redenen. De Q60 is dus een op zichzelf staand model, dat echter wel veel (heel veel) technische componenten deelt met de Q50. Maar het is geen gecoupeerde sedan, allesbehalve.
Elke lakkleur komt uit de verf
De Infiniti Q60 is, samen met de Lexus LC, een van de mooiste Japanse coupés die we op Europese grond mogen verwelkomen. Hoewel iedereen het er wel over eens is dat de Q60 bijzonder fraai gestileerd is, moet je de auto beslist in real life zien om het ontwerp volledig op waarde te schatten. De testauto, een 2.0 t Premium Tech, is gespoten in Dynamic Sandstone Red, een sprankelende lakkleur die in een speciaal proces gespoten wordt. De helder rode kleur heeft een enorme diepte. Als de fraaie lijnen al niet in het oog springen, dan doet deze € 1.550 kostende lak het wel. Zelfs in het schermdonker en onder de straatverlichting straalt deze lak, het benadrukt de lijnen en welvingen op een hele fraaie manier. Kies je echter voor Iridium Blue, dan krijgt de Q60 een uiterst chique uitstraling en lijkt de auto aan lengte te winnen. Met name de achterzijde en de chroomaccenten komen bij donkere lakkleuren goed uit de verf.
Hoogwaardig zitcomfort, bovengemiddeld goede ergonomie
Het interieur van de Q60 is een feest der herkenning: het dashboard is één op één overgenomen uit de Q50, met als belangrijkste verschil het stuurwiel dat een andere vormgeving heeft. Overigens zullen we dit stuurwiel binnenkort ook terugzien in de vernieuwde Q50. De Q60 is voorzien van een paar zeer goed zittende sportstoelen die je lijf en leden goed omvatten en ondersteunen. Van een coupé verwacht je niet meteen een ideale zitplek achterin, maar de Q60 heeft een paar zeer puike zitplekken achterin. De zitting is opvallend diep en de rugleuning is goed gecontourd. Het is dat de beenruimte niet overhoudt, maar de zitpositie en het zitcomfort zijn achterin de Q60 erg aangenaam. Voor het overige niets dan lof over het interieur: het is ruim, hoogwaardig en fraai afgewerkt. De kenmerkende middenconsole met twee beeldschermen kennen we al langer en werkt in de praktijk erg fijn. Het bovenste scherm is louter voor de navigatie en elementaire functies bedoeld, het onderste scherm vervangt een enorm aantal knoppen en is vooral bedoeld om comfortfuncties aan boord te bedienen. Uiteraard kan ook de Drive Mode Selector en Active Lane Control via dit scherm ingesteld worden. In de praktijk laat dit touchscreen zich vlot bedienen, de menustructuur is logischs en de graphics zijn haarscherp. Carnold vindt het een erg prettig systeem dat nauwelijks aandacht vraagt tijdens het rijden. De kritiek van een landelijk wekelijks autoblad dat het interieur ‘rommelig’ zou zijn, kun je met een pak Jozo nemen. Stap gewoon eens in een Q60 bij het Infiniti-centre en overtuig jezelf, zou ik zeggen.
Genoeg vermogen of meer dan genoeg vermogen, dat is de vraag
Mooi Carnold, maar hoe rijdt die Q60 nu? Wel, beste lezer, zo goed als ‘ie er uitziet. Infiniti levert twee motoren: de geteste 2.0t met 211 pk een automatische zeventraps transmissie en de 400 pk sterke 3.0t die ik onlangs reed in de Q50 3.0t. De 2.0t is een fijne basismotor die de prijs van de Q60 erg concurrerend maakt. Ga maar eens aan avondje achter auto-configurators zitten en vergelijk de prijzen van gelijkwaardig gemotoriseerde en uitgeruste Duitsers en je ziet prijsverschillen van minimaal € 10.000. Dat is geen gering bedrag. Instappen doe je vanaf € 50.530 in de Q60 Premium en de prijzen lopen op tot € 96.580 voor de 3.0t Sport Tech. Bij de 3.0t krijg je altijd vierwielaandrijving, en dat is best prettig, want de biturbo V6 weet wel raad met de Q60. Om maar niet te zeggen dat de Infiniti Q60 3.0t AWD gewoon een GT-R in het klein is.
DAS toegevoegde waarde in het dagelijks verkeer
Het eerste dat me opviel aan de Q60 is de enorme carrosseriestijfheid van de auto, ik heb zelden een auto gereden, los van de GT-R, die zo stijf is. Aanvankelijk vreesde ik voor het rijcomfort, maar in de testweek heb ik ruim 1.500 kilometer met de Q60 gereden, en de auto bleek geen moment vermoeiend om te rijden. Het veercomfort is hoog, zonder ook maar een moment vaag of zweverig te worden. Hier doen de sportstoelen ook een belangrijke duit in het zakje. Ook in de Q60 blijkt Direct Adaptive Steering versie 2.0 een waardevolle aanvulling te zijn, zeker in het dagelijks verkeer. Ben je in een sportieve mood, dan kun je de Infiniti Q60 razendsnel en haarscherp door bochten sturen. Moet je lange afstanden overbruggen, dan biedt DAS veel comfort omdat alle kleine stuurcorrecties door de auto zelf uitgevoerd worden. De laatste dag dat ik met de Q60 onderweg was, woei een stevige voorjaarsstorm. Natte wegen, windvlagen en als ik in de binnenspiegel keek, zag ik twee kaarsrechte bandensporen op het natte asfalt. Ik zat zelf zeer ontspannen achter het stuur en werd geenszins vermoeid door het onstuimige weer. Echt een heerlijke auto om kilometers mee te maken. De 2.0t en de versnellingsbak zijn een fijn duo. Snelle schakelacties, goede schakelmomenten en prima prestaties. Het onderstel heeft ruime technische marges gezien het motorvermogen, in het betere bochtenwerk en op bergwegen zou 100 pk extra wel fijn zijn, maar anderszins haalde ik op de lange afstand een verbruik van net geen 1:15. En dat is ook wat waard.
Verfijnde rijbeleving
Het meest opvallende aan de Q60 vond ik echter de rijbeleving, het Front Midship platform heeft een mooie aslastverdeling met deze 2.0t en leent zich zowel voor lange ritten als voor het betere bochtenwerk. En hoewel de Infiniti Q60 geen kleine auto is, had ik telkens het gevoel met een kleinere auto onderweg te zijn. Qua feeling en rijbeleving kwam de Subaru BRZ meermalen in gedachte. Totdat je uitstapt en ziet hoe breed en lang de Q60 is. De ride en handling zijn simpelweg top, een echte rijdersauto die wel degelijk profiteert van zijn innovatieve besturing. Prachtig gelijnd, schitterend afgewerkt en geweldig rijdend. Hou er wel rekening mee dat je geld opzij legt voor een garagedeur in je woonkamer of een glazen wand tussen je garage en woonkamer. Want de Infiniti Q60 ligt net zo prettig op het netvlies als op het asfalt, je blijft er naar kijken.